Soms zijn er van die dagen die gewoon zo heerlijk zijn!
De dag begon eerst niet zo best, want ik lag namelijk om 2 uur op bed toen mijn bovenburen ineens besloten harde muziek te gaan draaien. Dat is de laatste maanden wel vaker en ik heb al verschillende dingen geprobeerd: rammen met een paraplu of bezemsteel op het plafond, oordoppen, maar in bed blijven woelen tot het stopt en aanbellen bij ze en dan snel naar binnen glippen. Ik denk echter dat ik de lafaard tactieken als gefaald kan beschouwen en gewoon even overdag bij ze aan moet bellen om te vragen of ze willen kappen met die onzin. Buiten het feit dat ze vaak harde muziek draaien kan ik ook wekelijks meegenieten van een echtelijke ruzie, dat vind ik dan wel weer grappig. Ik begrijp nooit goed waarom mensen in een relatie tegen elkaar moeten schreeuwen, lijkt mij een teken dat het niet zo goed gaat. Anyway, toen de takkeherrie eindelijk eens ophield kon ik vijf uurtjes slapen, voordat de wekker ging. Het plan van de dag: samen met Misha naar Amsterdam om wat cultuur te snuiven!
Het opstaan was zo makkelijk nog niet. Mijn looptrainingen voor de halve marathon zijn gestart, en in de tweede week ben ik nog niet bepaald in vorm. Spierpijn was dus mijn tweede compagnon van de dag. Op de fiets naar het Centraal Station viel me al op dat de temperatuur vrij aangenaam was en dat stemde me blij. Ik scoorde even een bakkie pleur op het station, Misha bleek er ook al te zijn. We konden vrijwel direct op een Intercity stappen en het halfuurtje treinen was zo voorbij, we hadden zoveel om over te kletsen! In Amsterdam moesten we de juiste tram nog even op zien te zoeken, het blijft ook een verwarrende bende daar. Buiten het feit dat de omgeving van het CS een bouwput is, snap ik ook niet waarom de trams twee vertrekpunten hebben. Arme toeristen, die moeten er al helemaal geen reet van snappen. Het tramritje naar het museumplein was erg vermakelijk, want op de hele route reden we langs bouwputten: de Noord-Zuid Lijn heeft inmiddels het Damrak bereikt (de halve straat ligt open), het Paleis op de Dam is VOLLEDIG ingepakt ter renovatie (het lijkt net een gigantisch in grijs pakpapier verpakt cadeau), de verzakte huizen aan de Vijzelgracht liggen er nog even sneu bij (evenals de straat) en ga zo maar door. Oh ja, ik vergeet nu de verbouwingen van het Rijksmuseum en het Stedelijk museum. Nou ja, er is al genoeg over geschreven en gezeken, maar toch, als je het ziet kan je niets anders doen dan een beetje meewarig het hoofd schudden bij zoveel gebrek aan gezond verstand. Wie haalt het in zijn hoofd om zoveel belangrijke gebouwen tegelijk te renoveren? Over de Noord-Zuid Lijn wil ik het al helemaal niet hebben. U kent de grap al wel dat Cohen als premier een Noord-Zuid Lijn van Maastricht naar Groningen wil laten aanleggen, neem ik aan? Mooi, laten we snel verder gaan.
Het ongeschonden Van Gogh Museum was als een celibataire priester in de Katholieke Kerk, een rariteit! Wij wapperden even vrolijk met onze museum jaarkaart en togen naar binnen. Het was dinsdagochtend, dus vrij rustig. Wat verdwaalde toeristen en heel veel groepjes dames op leeftijd waren ons gezelschap deze keer. We gingen als eerste naar de tijdelijke expositie van Gauguin, die begon met een terugblik op de Wereldtentoonstelling van Parijs 1889. Daar zat Gauguin in een cafe met prenten die later bekend zouden worden als de Volpini serie. Hij was namelijk niet uitgenodigd om zijn werk te laten zien op dit evenement, maar dat liet hij niet op zich zitten. Samen met wat maten toonde hij zijn werk in dat kleine cafe. Het was echter te klein om grote massa’s te trekken, dus erg succesvol was die kleine expo helaas niet. De schetsen die hij daar ten toon stelde, brachten wel enkele van zijn bekende thema’s te berde, waarvan vooral de badende vrouwen beroemd zijn.
We liepen verder naar de rest van deze tentoonstelling, die maar een enkele ruimte besloeg. Sommige werken waren wel mooi, maar het maakte op ons geen overweldigende indruk. Ik kan hier slechts voor mezelf spreken, maar vergeleken bij Van Gogh, vind ik het kleurgebruik van Gauguin wat te mat naar mijn smaak. Ook de onderwerpen van zijn doeken spreken me niet zo aan. Dat hele gebeuren met die badende vrouwen, wat is daar toch mee? Nu ik dit (dezelfde avond) opschrijf, kan ik me al geen enkel werk meer voor de geest halen. Heel jammer, want qua stijl waren sommige dingen erg interessant. Blijkbaar geldt voor mij dat als ik het onderwerp en kleurgebruik niet zo waardeer, het werk dan gelijk uit mijn geheugen verdwijnt. Er was een werk in de zaal dat wel mijn aandacht trok, getiteld ‘Sorrow’, maar dat bleek juist van Van Gogh te zijn. We liepen naar de collectie op de eerste verdieping, lekker Van Gogh kijken. Ik wilde erg graag weer even mijn favorieten van de vorige keer zien: De Naaiende Vrouw, De Oogst, en Korenveld met Kraaien. Er was wederom genoeg te zien, ook op de tweede en derde verdieping. Langzaam aan begon mijn maag tegen me te praten, dus we gingen naar het museumcafé. Daar was het ineens ongelooflijk druk. Zo’n vijftig mensen zaten met een grote ronde sticker op hun borst geplakt ‘Museum Plus Bus’. Ik ben altijd blij dat ik geen deel uitmaak van zo’n georganiseerd gebeuren (behalve als het m’n orkest betreft). Ondertussen kregen zij wel lekker jus d’orange, koffie en soep, terwijl wij ons moesten laten aftroggelen voor enkele simpele versnaperingen.
We vertrokken na een klein rondje door de museumshop (Van Gogh gummen in roze, rood, blauw en wit; voor de liefhebber) en buiten bleek het inmiddels heerlijk weer te zijn! Zon, aangename temperatuur, de jas kon open! Het Rijksmuseum konden we ook niet links laten liggen. Er zijn maar vier zalen open, maar wel met alle hoogtepunten daarin gepropt. Zo stonden we dus ineens oog in oog met enkele meesterwerken van Frans Hals, Vermeer (er stond niemand bij het Melkmeisje!) en uiteraard de werken van Rembrandt (inclusief de Nachtwacht). Er waren ook veel portretten uit de Gouden Eeuw. Die vind ik altijd zo hilarisch, die mensen hebben zulke protserige kleding aan, maar kijken er bere-chagrijnig bij. Ja, er waren genoeg ‘Calvinistische inteeltkoppen’ te zien, zoals Misha het zo mooi verwoorde (hij had echt even een rits aan mooie one-liners). De mensen uit die tijd toonden hun materiële rijkdom graag, maar trokken er een hoofd bij alsof ze wilden zeggen: “ja eigenlijk mag al die rijkdom niet, dus ik zal ter compensatie kijken alsof er een emmer stront naast me staat”. Alleen Rembrandt wist met zijn geniale belichtingstechnieken toch altijd wat van portretten te maken.
Nu hadden we wel genoeg cultuur gesnoven en bewogen wij ons al handenwrijvend richting boekwinkel nummer 1. De Selexyz in Amsterdam is lekker groot en al met al zijn we er zeker een uur binnen geweest. In deze winkel zit namelijk ook een klein café! Dat zou in iedere boekwinkel moeten zitten, ik zweer het. Het is zo relaxed om even wat te drinken en een boek uit de winkel door te bladeren. Natuurlijk waren er te veel boeken die aanlokkelijk waren om te kopen, maar ik verliet uiteindelijk met slechts een boekje over Churchill de winkel. Die lag bij de Ramsj voor vier euro en ik kocht het voornamelijk voor de typografie, ook al vind ik Churchill een interessant persoon hoor, daar niet van.
We gingen door naar Atheneum, een geweldige boekwinkel bestaande uit allerlei kleine kronkelkamertjes. Daar ging mijn hart sneller staan van hét boek uit het vakgebied van Internationale Betrekkingen ‘The Twenty Year Crisis’ van E. Carr. Ik heb het ooit geleend van de bieb en letterlijk verslonden, dus ik wilde het echt heel graag kopen. Helaas leent mijn budget zich er momenteel niet voor. Ook zou ik liever die kopie van de bieb willen hebben. Die viel van ellende bijna uit elkaar, rook lekker oud, en jan en alleman had in de kantlijn zitten krabbelen. Geweldig! Nou, hij staat op m’n verlanglijstje.
De laatste boekhandel was een Amerikaanse. Volgens mij heette die ook ‘The American Bookstore’, maar pin me er niet op vast. Deze was strakker ingericht, had een grote sectie SF/Fantasy, alsmede een batterij aan World of Warcraft boeken en poppetjes (wat ik heel hilarisch vond). De poppetjes van twee Murlocs had ik bijna meegenomen, maar ja, toch een beetje geldverspilling. M’n voeten deden inmiddels echt superveel pijn, dus het werd zo langzamerhand tijd om terug te gaan naar de trein.
Bij de Bijenkorf, die overigens nog overeind staat, gingen we even plassen en daar hebben ze toch een achterlijk systeem. Je moet eerst 0,50 cent betalen bij een automaat, en dan krijg je zelfs een bonnetje voordat je naar binnen mag. Jeminee zeg, ik wil alleen even snel pissen, doe normaal! Het WC papier was niet eens zacht, gewoon van dat enkele-laags gerecycled kut spul. Waar betaal ik dan die 0,50 cent voor, als ik niet eens eerste klas m’n billen af kan vegen? Tot zover deze verhandeling over de WC’s bij de Bijenkorf.
De trein naar Utrecht stond al klaar en wederom verliep de rit voorspoedig. We genoten nog even na van deze perfecte dag, de eerste echte lente dag! Het was supergezellig, en in de lente gaan we deze actie zeker herhalen, maar dan waarschijnlijk in Arnhem.
No comments:
Post a Comment